Spinoza banneling op Tulpenburg?

Vanmiddag ontving ik het volgende e-mailbericht van iemand die zich Perkamentus noemt. Misschien heeft die naam ermee te maken dat deze week in Nederland de laatste Harry Potter-film z’n première gaat beleven? Het bericht luidt:

Binnenkort start in opdracht van de gemeente Amstelveen een archeologisch veldverkenningsonderzoek op de plaats van de voormalige buitenplaats Tulpenburg aan de Amstel (Tussen Amsterdam en Ouderkerk a/d Amstel). Zoals bekend verbleef Spinoza daar na 1656 enige tijd als gast van dr. Albert Coenraetsz. Burgh; 'studeerende bij zig zelven en arbeijdende aen sijn glasen slijpen, dewelke van zijn vrienden afgehaalt en tot zijn profijt verkocht werden'.
Wie weet vinden ze wat geslepen glasafval...

Dat lijkt me echt iets voor Desiderius Perkamentus die in het laatste Potter-boek en dus de film een grote rol toebedeeld gekregen schijnt te hebben.

Hoe dan ook, de Perkamentus van dit mailtje lijkt enigszins op de hoogte, citeert een passage uit de Korte, dog waaragtige levensbeschyving van Benedictus de Spinosa door Colerus. Maar merkwaardig is dan weer die stelligheid - “zoals bekend” – over Spinoza’s verblijf op Tulpenburgh.

Ik probeer te achterhalen wie eigenlijk degene is geweest die als eerste heeft geopperd dat Spinoza wel eens op Tulpenburgh onderdak gevonden zou kunnen hebben - maar kan dat niet vinden. Maar voor stelligheid is er zeker geen enkele reden. Colerus heeft niet meer dan dit. Lucas heeft helemaal niets. Lucas is wel de bron voor wat later door Theun de Vries als “tweede ban” omschreven zou worden, maar bij Lucas gaat Spinoza meteen naar Rijnsburg. K.O. Meinsma heeft hierover niets. W.G. van der Tak, Spinoza; vrij naar Léon Brunschvicg; in de Kruseman-reeks “Helden van de geest” (1931) en later bewerkt tot Bento de Spinoza (pocket, 1960) durft al te schrijven over “Zeer waarschijnlijk heeft hij toen huisvesting gevonden op Tulpenburgh, een buitengoed gelegen aan de weg naar Ouwerkerk, hetwelk toebehoorde aan Dirk Tulp, die gehuwd was met Anna Burgh, een zuster van de schepen Coenraad Burgh. Vermoedelijk was Spinoza aan de families Tulp en Burgh bekend geworden, hetzij als beoefenaar der dioptrica, hetzij als assistent aan de school van Van den Enden.” (p. 34 van de pocket).
Theun de Vries is ook voorzichtig: “Als het juist is dat hij nu door Dirk Tulp werd geholpen, zou hij de gastvrijheid van deze regent genoten hebben op diens buitenhuis Tulpenburg, even buiten de rechtspalen van de stad Amsterdam, bij de buurtschap Kostverloren aan de Amstel, in de richting van Ouderkerk. Het komt mij voor dat Spinoza in een soortgelijk toevluchtsoord, in voorlopige rust en veiligheid, gelegenheid kreeg zijn gedachtensysteem vast te leggen […] (p. 96, 97)
Ook Steven Nadler heeft het in zijn Spinoza over: “Wellicht verbleef Spinoza in het huis van Coenraad Burgh, een Amsterdamse schepen en een van de rijkste mannen van de stad. Burgh had wel sympathie voor de collegianten, en hij kan met Spinoza in contact zijn gekomen via diens vrienden onder de doopsgezinden. Spinoza stond ook op goede voet met Burghs zoon Albert. Het tweetal leerde elkaar waarschijnlijk in de late jaren vijftig kennen op school bij Van den Enden, waar Albert Latijn studeerde alvorens naar de Leidse universiteit te gaan. Zij traden samen op in enkele toneelstukken die de school opvoerde.” (p. 203) Maar meer dan dit te onderschrijven geeft hij argumenten om liever helemaal te twijfelen aan het verhaal van Colerus: Nadler vermeldt allerlei aanwijzingen die het eerder geloofwaardig maken dat Spinoza in Amsterdam bleef.

Kortom, er is volstrekt geen aanleiding om een verblijf op Tulpenburg als zeker en bekend voor te stellen. Ik blijf intussen geïnteresseerd in wie als eerste de Tulpenburg-connectie opperde.

Dat huis was oorspronkelijk een hofstede met de naam Breeweer. Matthijs Burgh, graanhandelaar, bierbrouwer en Amsterdams  patriciër, had het in bezit gekregen. En nadat diens kleindochter Anna Burgh met Dirck Tulp, de zoon van de arts Nicolaes Tulp, trouwde werd het buitenhuis omgedoopt tot Tulpenburg. De buitenplaats kreeg daarna nog diverse eigenaren, o.a Isaac de Pinto die een tuin met fontein liet aanleggen. In 1784 werd het volledig gesloopt.

Er is sindsdien niet meer op gebouwd. Maar “[h]et terrein van de voormalige buitenplaats Tulpenburg heeft sinds kort een nieuwe eigenaar. Deze heeft aangegeven er een landhuis te willen realiseren. Het bestemmingsplan laat dit toe. Op de archeologische verwachtingskaart staat het terrein aangegeven als AMK-terrein (zeer waardevol). De gesprekken met de archeologische tak van Cultureel Erfgoed Noord-Holland lopen. De gemeente zou een deel van het terrein open willen stellen voor publiek en de tuin van de voormalige buitenplaats willen reconstrueren. De heer Polman adviseert naar infraroodfoto’s van de RAF te zoeken (Koninklijk Nederlands Aardrijkskundig Genootschap) en naar afbeeldingen, kaartmateriaal en foto’s binnen het Nederlands Rijksarchief te Den Haag.” Dit is te lezen in het “Verslag van de vergadering (nr. 3) van de Monumentencommissie Amstelveen, gehouden op 28 maart 2011.”

Via archeologisch onderzoek daar in de grond iets vinden dat voor de Spinoza-studie van belang is, lijkt me niet te verwachten. Maar als men het de moeite waard vindt om een diepgaand cultuur-historisch onderzoek te doen, wie weet komt er dan nog een of andere document boven tafel dat iets te melden heeft over Spinoza op Tulpenburg.

Zie voor de ligging van Tulpenburg dit kaartje.

Reacties

Ik ben beeldend kunstenaar en teken in de zomer naar de natuur. De Amstel geeft mij veel herkenning en voel me verbonden met de historie van de rivier. Ik liep Tulpenburg tegen het lijf en heb haar vele male getekend en in diverse posities. Ik tekende Tulpenburg onbevangen, naïef, en zeer geïnspireerd. Tijdens het tekenen werd mij bewust dat ik op een historisch plek was aan beland. Ik drukte dat uit in zwart / wit. Dwz. pentekeningen vervaardigt met o.i.inkt, kwast en plantenspuit op papierformaat van 50 x 65 cm. Het terrein dat Tulpenburg heet en wat ik in beeld heb gebracht werd dagen daarna in zijn idylle verscheurd. Grondverzetmachines, kettingzagen en tractoren egaliseerde mijn idylle.
Heb een een zeer oorspronkelijk document in mijn handen over het verloop van Tulpenburg in aanbouw.
Ik ben opzoek naar de nieuwe eigenaar om mijn getekende impressies aan hem te tonen. Wie kan mij daarbij helpen?
Wie is Han Houten? enz enz.

Beste Rob Loos, om te achterhalen wie de eigenaar is van het betreffende perceel moet u bij de gemeente Amstelveen zijn. Of het kadaster aldaar.
Waar de vraag naar Han Houten op slaat zie ik niet.